Louwman Museum 3-11-2013

2013 Louwman 1-site250

2013 Louwman 2-site250

2013 Louwman 3-site250

2013 Louwman 5-site250

2013 Louwman 4-site250

2013 Louwman 6-site250

2013 Louwman 7-site250

Bezoek Louwman Museum 3 november 2013.

Normaliter ben ik geen fan van musea in tegenstelling tot mijn vrouw. Toen zij de uitnodiging in de Stag-flits las moest de datum gelijk in de agenda. Zaterdag nog even de weerberichten bekeken: in Haarlem (en Wassenaar) ’s morgens nog een spatje regen en vanaf 11.00 uur half bewolkt. Toch maar met de hardtop erop vertrokken.

Aangekomen bij vd Valk nog geen Stag op het parkeerterrein te bekennen. Maar gelukkig vlak achter ons kwam een donkerblauwe Stag aanrijden. Bij binnenkomst in het restaurant niet direct gezien waar we moesten zijn. Een beetje onwennig voor ons als nieuw lid van de SCN liepen we rond. Totdat daar ineens iemand wild begon te zwaaien en we een bekend gezicht zagen. Op de DNTD hadden wij namelijk al kennis gemaakt met Pieter Jan.

Na de “koffie +” tijd om in colonne met ca. 40 leden naar het museum te vertrekken, helaas in een flinke hoosbui. Maar goed dat de hardtop er op zat.
De Stags mochten we parkeren voor de ingang van het museum, wat een leuke foto opleverde: 10 Stags waar er nadat de foto was genomen er nog 2 bij aanschoven.
In het museum gingen we in 2 groepen elk onder begeleiding van een bijzonder enthousiaste gids door het prachtige, door de toenmalige Koningin Beatrix geopende  museum, met een oppervlakte van 30.000 m2. En dan staan er in Raamsdonkveer nog eens 80 Toyota’s....

De heer Louwman was al in 1934 met zijn authentieke van alle tijden verzameling begonnen. Bijzonder is ook dat alle auto’s, motoren etc. kunnen rijden. Zo nemen de heer Louwman en zijn dochter nog regelmatig met een klassieker deel aan een rally of concours.
In het museum gingen we via een paardenwagen uit 1775 met een “5e wiel aan de wagen”, een koets met bladveren naar een schitterende werkplaats van Peet, welke nog tot 1986 in gebruik was. Houtzagerij en smederij, alles werd hier met de hand gemaakt.
Leuk om te horen dat er al in 1550 metalen bladveren voor een koets werden gebruikt. En dat er in Den Haag tot 1956 een “aapjes-koets” heeft rondgereden.
Ook een bijzonder exemplaar is de oudste nog rijdende stoomwagen De Dion uit 1887.
In 1895 werd in de USA de eerste 4 cilinder Buffum auto gebouwd. En in 1909 een Nagant in België van schokbrekers voorzien. En wat te denken van een Spijker uit 1905 met een joystick om te sturen. En een Spijker 4wheel driving racing car met een 8.8 liter 6 cilinder met 60 PK en een topsnelheid van 110 km.
Toch ook aardig om te horen dat vrouwen ook hebben meegeholpen aan de ontwikkeling van de auto: een handbediende ruitenwisser voor de voorruit!

Via de T Ford uit 1924 die in alle kleuren geleverd kon worden -als het maar zwart is - en een maquette van een lopende band uit 1917 waarop de T Fords werden geproduceerd, kwamen we bij een Ford uit 1937. Deze V8 cabrio is door Koningin Juliana en Prins Bernhard gebruikt voor hun huwelijksreis.

Halverwege de rondleiding even tijd voor een lunch: bij ons aan tafel werden er bijna unaniem kroketten besteld. Kennelijk een typische Stag lunch die er overigens mocht wezen. Prima kroketten waar onze wijlen Johannes van Dam waarschijnlijk een 10 voor zou hebben gegeven.
Toch ook leuk om auto’s te zien waar ik zelf nog in heb rondgereden: VW Kever met bril, een Messerschmidt en een Ford Anglia. En dan natuurlijk ook nog op een Solex rondgereden.
En gelukkig stond er toch nog een Triumph 2000 Renown met 68hp uit 1952 waarvan er 190 gebouwd zijn en er nog 6 of 7 zijn.
En dan nog enkele auto’s die je zo mee zo willen nemen: een 1957 Jaguar XKSS, de 1964 Aston Martin DB5 van James Bond of de Rolls Royce Phantom 7.6 ltr 6 cilinder.
Grappig om te vernemen dat het Louwman Museum de grootste collectie Benzen van voor de oorlog bezit. Iets waar men in Duitsland toch wel jaloers op is.
Een van de laatst tentoongestelde auto’s is een on-gerestaureerde nog rijdende Toyota AN, die in Siberië was ontdekt. Voorlopig blijft deze nog in deze staat tentoongesteld.
Er valt nog heel veel meer te vertellen, maar het is veel leuker om zelf (nog) eens te gaan kijken. Iets wat ik zeker nog een keer - met vrouwlief - ga doen. En niet in de laatste plaats voor de kroketten.

Rest mij de SCN te danken voor de organisatie, onze gids voor zijn onuitputtelijke enthousiaste en technische verhalen en mijn vrouw voor haar musea belangstelling. Ik zie uit naar de volgende SCN ontmoeting waar we hopelijk nog wat meer tijd hebben om met leden verder kennis te maken.

Ton